Vanaf 1 januari 2025 moeten sociale huurders die sinds 2023 hun woning betrokken, het taalniveau A2 behalen. Zij kregen twee jaar de tijd om aan de taalvereisten te voldoen. Voor huurders van voor 1 januari 2023 blijft taalniveau A1 gelden. Dat niveau wil de Vlaamse Regering nu optrekken naar niveau B1 vanaf 2027, laat bevoegd minister Melissa Depraetere (Vooruit) weten in het antwoord op een schriftelijke vraag van Degrande.

Nederlands is essentieel

Degrande benadrukt het belang het belang van die ambitie. “Nederlands leren is essentieel om een plek te vinden in onze samenleving. Het is de taal waarmee je naar school gaat, een job vindt, een netwerk opbouwt en je thuis voelt in Vlaanderen. Zo versterken we niet alleen hun positie, maar ook onze gemeenschap als geheel. Een goede opvolging van die taalkennisvereiste is dan ook nodig. Wie zijn best doet om Nederlands te leren, verdient onze volle steun”, klinkt het.

Handhaving door woonmaatschappijen

De Vlaamse overheid wil er ook voor zorgen dat die voorwaarden gehandhaafd worden. Zo worden controles uitgevoerd op de naleving van die huurdersverplichting. Daar is een stijgende tendens merkbaar van het aantal ingebrekestellingen en boetes. In 2019 werden nog 38 ingebrekestellingen en 12 boetes genoteerd, terwijl dat in 2022 opliep tot 154 ingebrekestellingen en 81 boetes. De bedragen variëren van 25 tot 500 euro, afhankelijk van de situatie. In 2023 daalden de cijfers licht, met 113 ingebrekestellingen en 50 boetes, maar het aantal zware boetes van 500 euro neemt toe.

Huurders consequent opvolgen

In eerste instantie zijn het de woonmaatschappijen die controleren of huurders aan de taalkennisvereiste voldoen. Indien dat niet het geval is, worden dossiers doorgegeven aan de afdeling Toezicht van de Vlaamse Overheid voor verdere opvolging. Bijna 95 procent van de woonmaatschappijen beschikt over een procedure om de taalkennisvereiste te handhaven. Dat is een vooruitgang maar betekent ook dat er nog een handvol maatschappijen achterblijft. “Elke woonmaatschappij moet haar verantwoordelijkheid nemen, zodat huurders eerlijk en consequent worden opgevolgd”, stelt Degrande. “Het komt er nu op aan die laatste vijf procent de stap te laten zetten.”